relatie
met
Otto Lambertsz Cornelisz , zn. van Lambert Cornelisz ,
geb. in 1616 te Blaricum Koptienden Eerste: 1640-81-1,
ovl. in 1671 te Blaricum Koptienden Laatste: 1674-72,
, -
OTTO / OTH LAMBERTSZ KEESZ / CORNELISZ
Blaricum-Koptienden (1640-81-1 1674-72):
1640-81-1: v. Lambert Cornelisz 4 cop 3/4
1641-83: (Oth Lambert JANSZ)
1643-80: (Oth Lambert KEESZ)
- v. Michiel Claesz 2 cop
- Situatie: 0 Spt 6 cop 3/4
1644-80: (Oth Lambert CORNELISZ)
- op Brechter Steffens 2 cop
- Situatie: 0 Spt 4 cop 3/4
1647-80: v. Peter Cornelis huijser boeck 2 cop 1/2
- Situatie: 0 Spt 7 cop 1/4
1649-80: op Peter Harmansz 6 cop
- Situatie: 0 Spt 1 cop 1/4
1652-80:v.Peter Lambertsz (Bol) Huijser boeck 5 cop
Situatie: 0 Spt 6 cop 1/4
1658-80: op Gerrit Jansz Snijder 5 cop 3/4
t/m 1668-77: (moet zijn 1/2 cop) Situatie: 0 Spt 1 cop
1670-77: v. Ghijsbert Claesz 1 Spt 5 cop
- v. Willem Toenisz 1 Spt
- Situatie: 2 Spt 6 cop
1674-72: op Meijns Heijndricksz 1 Spt 3 cop
- op Pieter Otten 1 Spt 3 cop
-
SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 18;28-02-1657: Transportakte; Blaricum; Pieter Lambertsz woonende tot Huijsen als Oom en Bloetvooght van de onmondige naegelaten kinderen van Oth Lambertsz za: en transporteerde aan Gerrit Jansz de Jonge
wonachtigh tot Blaricum een acker boulants
-
SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 47-48; 19-05-1658: Transportakte; Voor ons Schepenen tot Blaricum compareerde Pieter Lambertsz wonende tot Huijsen en Tijmen Jacobsz woonachtigh tot Blaricum als Oomen en monboor van de onmondige naargelaten
kinderen van wijlen Otto Lambertsz en Meijnsien Gijsbert in haar leven echteluijden in Blaricum en transporteerde aen handen van Lambert Elbertsz buijrman in Blaricum een huijs en boulant annex gelegen in Blaricum
-
SAGV155.2-ORA-3233, Folio 49; 20-05-1658: . Tusschen Isack Mathijs eijser ter eenre en Pieter Lambertsz gedaegde ter andere sijde ordonnoren behoorlijk bewijs en reeckening te doen als hij geduerende sijn administratie over de goederen van de
onmondige kinderen van Otto Lambertsz en Meijnsien Ghijsberts heeft gedaen
-
SAGV155.2-ORA-3233, Folio 51; 23-05-1658: Blaricum, ten versoecke van Isack Mathijsz en Pieter Lambertsz gestelt Tijmen Tonisz Ramaker en Tijmen Jacob Gerritsz tot vooghden over de onmondige kinderen van wijlen Otto Lambertsz en Meijnsien
Ghijsberts
-
SAGV155.2-ORA-3234, Folio 36; 10-01-1669: Compareerden voor Schepenen tot Laren, Pieter Lambertsz, Tijmen Jaob Gerritsz voor haar selve, Isaack Mathijsz als vooght over de kinderen van Otto Lambertsz en Thomas Jacobsz Henvliet gerquireerde
voor Reijer Jan Reijersz ter eenre en Reijer Lubbertsz als weduw-man van Geertien Lambertsz sijne geweesene huijsvrouw ter andere sijde..
-
SAGV155.2-3235, Folio 169-170; 17-11-1670: (Moeilijk leesbaar) Compareerden ter Secretarie van Blaricum Pieter Lambertsz Bol, Timen Jacob Gerritsz en Lambert Reijersz mitsgaders Reijer Jansz als vader en vooghdt van Neeltge Reijers en noch de
voornoemde Timen Jacob Gerritsz als vooghdt van de onmondige kinderen van Otto Lambertsz te samen erfgenamen van Geertge Lamberts als namentlijck de voornoemde Pieter Lambertsz Bol en Timen Jacob Reijers??? elck voor 1/4 part Lambert Reijersz
en Neeltgen Reijers te samen voor 1/4 part en de kinderen van Otto Lambertsz te samen 't resterende 1/4 part en verclaerden sij comparanten aen gaende de erfenisse van de voornoemde Geertgen Lambertsz soo als deselve en haer gedeelt was tegens
Reijer Lubbertsz weduwenaer van de selve geschift en gescheijden te sijn in de maniere als volght dat namentlijck .. volgt verdeling van gronden
-
SAGV155.2-ORA-3236, Folio 1; 11-04-1674: Tot vooghden over het nagelaten kind van Oth Lambertsz tot Blaricum werden gestelt Jan Teunis Rutten en Hendrick Gerbertsz.
Uit deze relatie:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Pieter | *1648 | Blaricum; Koptienden Eerste: 1674-86-2 | Blaricum; Koptienden Laatste:1678-81 | 1 | 8 | ||
2 | Metje | *1650 | 1 | 11 | ||||
3 | N | 1 | 2 |